St. Augustinuskerk glas-in-lood H.Geest

Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

WIE BEN IK?

Wie ben ik? Of Wie wil ik zijn? Vroeg of laat stelt elke mens zich deze vraag. Het antwoord erop is zo veelvuldig als er mensen zijn. En toch….Heel vaak liggen de antwoorden in een zelfde lijn. Men heeft het dan over wat men heeft, wat men doet of wat anderen van hen zeggen. Is je dat nog nooit opgevallen? Mensen spreken dan over waar ze wonen, welk diploma ze hebben of over hun gezin. Ze spreken over hun werk, welke reizen ze gemaakt hebben of wat hun hobby’s zijn. Of het gaat over hoe ze gezien worden door anderen en hoe ze vooral zichzelf willen profileren.

Vandaag plaatst Jezus hier kanttekeningen bij, bij het idee dat de mens is wat hij heeft, wat hij doet en wat men van hem zegt. Niet dat dit in een mensenleven niet belangrijk kan zijn. Zonder eten, een thuis, een goede naam is het leven een stuk lastiger. Maar het is belangrijk te beseffen dat een mens hier niet mee samenvalt. Of Jezus parafraserend: dat een mens van veel meer dan enkel van deze dingen leeft. Meer nog, deze dingen houden juist een gevaar in voor het geluk van de mens. Ze maken ons duidelijk naar welke richting we zo gemakkelijk neigen: de richting van de zelfzucht.

Want laten we eens eerlijk zijn. Wie zijn identiteit ophangt aan het hebben , vervalt al snel in hebzucht. Wie zijn identiteit ophangt aan alles wat men presteert loopt het gevaar als een tiran over anderen heen te walsen. En wie zijn identiteit laat afhangen van wat anderen zeggen vervalt als snel in vleierij.

Lucas vertelt over de 3 bekoringen in de woestijn om dit duidelijk te maken. Hij gebruikt het beeld van de broden om duidelijk te maken dat het materiele onvoldoende is om gelukkig te worden. Hij laat de duivel alle koninkrijken van de wereld aanbieden om duidelijk te maken dat, ook al ligt heel de wereld aan je voeten en heb je macht over alles, dit niet de sleutel tot het geluk is. En tenslotte plaatst hij Jezus op de bovenbouw van een tempelpoort om duidelijk te maken dat al heb je niets te vrezen en al bewondert iedereen je, dan nog zal dit je niet het geluk schenken.

Jezus zal deze bekoringen die Hem nu voorgespiegeld worden door de duivel, ook in zijn verdere leven tegenkomen. Als het volk later Hem om brood komt vragen krijgen ze hetzelfde antwoord: een mens leeft niet van brood alleen. Als ze Hem bij zijn intocht in Jeruzalem willen uitroepen tot koning zal Hij plaatsnemen op een ezeltje en zeggen: Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld. En als ze tenslotte onder het kruis roepen: Als je de Zoon van God bent, kom er dan af, dan zullen we in jouw geloven zegt Hij: Niet mijn maar Uw wil geschiede Vader.

Maar wat geeft dan wel een grote kracht, wat is dan wel de sleutel tot het geluk? De bekoringen in de woestijn laten zien dat wie zich bemind voelt, een innerlijke kracht bezit die hem , de mens, staande houdt, wat er ook gebeurt.

De veertigdagentijd wil ons helpen de kracht van de liefde te herontdekken. Meer nog dan in de andere periodes van het jaar horen we in de vieringen over alles wat Gods Zoon voor ons gedaan heeft uit liefde, omdat God ons bemint. Deze veertigdagentijd is een tijd om te ontdekken dat Hij zoals een liefhebbende Vader onze kracht wil zijn, wat er ook gebeurt.

Deze veertigdagentijd wil van ons andere mensen maken die zich niet alleen maar vastklampen aan bezit, prestatie of reputatie. Het is een tijd van zuivering. Een tijd waarin we ons afvragen hoe we met onze wereld en met elkaar omgaan. Wie is de arme, de zwakke in mijn leven? Wil ik iets voor hen betekenen?

Maar de veertigdagentijd is ook een tijd om te groeien in liefde tot God en te worstelen in Christus en uit liefde voor God soberder te gaan leven, tijd te maken voor gebed en hem te ontdekken in de ander.

De veertigdagentijd is ook een tijd om ons hart te laten volstromen met liefde, geluk van anderen en onszelf.

Amen

Pastoor Eugene Jongerden