DE PREEK VAN HASKERHORNE

Wij vieren vannacht het feest van Zijn opstanding. Eigenlijk een humoristisch verhaal! Stel je voor: Jezus loopt glimlachend naar buiten alsof het een tuinhuisje is, waar je zomaar in en uit kunt gaan! Daarna loopt Jezus in de tuin te schoffelen. Hij loopt zó gewoon door die tuin heen, dat zijn vriendinnen denken dat ze te maken hebben met Hendrik-Jan de Tuinman. Allemaal zonder poespas. Het woord "dood" valt niet eens in het opstandingverhaal. Er is geen spoor van een worsteling met de dood te herkennen. Jezus heeft in het graf zijn doodskleren staan op te vouwen als of wij 's-morgens ons bed opmaken! De dood heeft niets meer te vertellen, is eenvoudig lucht voor Jezus, telt gewoon niet meer mee!

Dood en leven horen bij elkaar, zeggen we. Mij is dat nergens zo duidelijk geworden als in het Friese plaatsje Haskerhorne. Daar ligt voor de ingang van de kerk een grafsteen. Wie weet hoe lang al! Er staat een naam op, maar die kun je niet meer lezen. De steen ligt er al eeuwen als een soort oprit naar de kerk, een tikkeltje schuin omhoog gericht. Hoe die steen daar komt? Ik zou het niet weten. Ik heb wel een vermoeden: om de kerk heen ligt een kerkhof. Waarschijnlijk is de steen daar afgedankt. Toen heeft iemand gedacht: er ligt een kuil voor de kerk die altijd vol water staat. Daar kunnen we deze grafsteen wel voor gebruiken! Als een soort opstapje naar het kerkportaal! Dan hou je droge voeten? Erg respectvol is die beslissing niet geweest. Zo ga je toch niet om met je herinnering aan de doden? Maar toch denk ik dat het goed is dat die steen dáár ligt. Waar­om? Omdat die steen voor de kerk van Haskerhorne al een preek heeft afgestoken voor­dat de dominee daar één woord heeft gezegd.

Wat die steen dan verkondigt? Dat de weg naar het leven voor elk mens over de dood heenloopt. Dat deze dood geen doodlopende weg is, maar een toegang. Dat de dood geen uitvaart is, maar een oprit! Die grafsteen is een keiharde herinnering aan de levende hoop van de Christelijke kerk: ik geloof in de wederopstanding van mensen. Die grafsteen zegt mij: achter het oude kerkhof ligt geen muur, maar een toegangspoort. En die poort is niet op slot. Zonder Pasen vlieg ik met mijn kop tegen de muur, loop ik dood in mijn ellende. Dat noem ik de preek van Haskerhorne. De dood is geen grimmige waak­hond meer, maar hij is gepromoveerd. Portier van het leven is hij geworden!  

Ook voor Maria Magdalena werd haar tocht naar het graf van Jezus van een beslissende ommekeer. Huilend liep ze naar 't graf. Maar daar werd haar door de engelen aangezegd: Jezus van Nazareth, Hij werd vermoord, maar is verrezen! Maria Magdalena kon haar oren en ogen niet geloven. Was de macht van de dood en de macht van moordenaars dan toch voorgoed gebroken? Intussen, tweeduizend jaar verder, gaan de slachtpartijen nog gewoon door. Ook op dit moment, in deze vredige Paaswake, vol licht, is er wel ergens een mens die lijdt, wordt er wel ergens een mens gemarteld en vermoord, alleen omdat hij van vrijheid houdt. Ik weet niet eens waar hij of zij woont. Ik weet niet eens welke taal hij spreekt, en welke kleur huid zij heeft.

Maar op dit moment bestaat die mens. Zijn schreeuwen, de angstkreet van een opgejaagd dier, is hoorbaar, terwijl hij zich de lippen stukbijt om de namen van zijn vrienden niet los te laten. Horen wij vannacht die stem? Een mens, gekluisterd en alleen, schreeuwt. Hij bestaat, ergens. Maar hij hoeft niet alleen te zijn. In deze Paasnacht hoeft geen mens alleen te zijn. Wij zijn aan hen en zij aan ons gekluisterd.

Ook die mensen die overal ter wereld in schijnprocessen ter dood worden gebracht. En steeds weer buigen moeders zich over hun dode zonen en schreeuwen moeders het uit om het kind dat zij hebben voortgebracht. Hoelang moeten mensen blijven schreeuwen tot eindelijk de hemel opengaat? Elke dag opnieuw worden er mensen gekruisigd. Elke dag opnieuw gaan er mensen voor de bijl. Helaas ook hier in Amsterdam-Buitenveldert en Amstelveen...

Een steen voor de ingang, alle hoop vervlogen? Geen enkele toekomst meer? Wie oog in oog heeft gestaan met de dood - een man, een vrouw, een kind verloren - die praat niet meer lichtvaardig over opstaan uit de dood. Wie even heeft gekeken in die bodemloze put, wie de pijn van het gemis aan den lijve heeft ervaren, die hoedt zich wel voor goedkope praatjes en goedkope oplossingen. Zo iemand zegt mèt Thomas: eerst zien en dan geloven! Zo iemand neemt de dood niet van harte, maar wel serieus. En vele jaren later zegt hij - misschien wel in zijn stoutste droom - : dood, waar is je prikkel? Ergens moet er leven zijn, ergens, ergens... God weet waar?!

Maar de weg door het leven zou te lang zijn en te zwaar, als we niet zouden mogen leven van dromen en visioenen, van beloften en liederen, van wonderen overal die ongelooflijk te geloven zijn! De weg zou te lang zijn, te zwaar en te onzeker, als we niet de geest deelachtig waren die eeuwiger waait dan de geringe duur van onze eigen jaren, en die langer standhoudt dan de strompelende kracht van onze eigen voeten. Ergens mag er een begin van geloof zijn en groeit de hoop, dat alles vrucht zal dragen, zelfs wat zinloos lijkt als dood en ondergang. Het groeit waar mensen gelouterd zijn, de pijn voorbij, de tranen gedroogd, de moed hervonden. De hoop groeit waar mensen elkaar verhalen vertellen, ter herinnering, ter bemoediging. Weet je nog van toen? Weet je nog dat Hij zei dat Hij alles nieuw zou maken! Weet dan ook dat het met jou zal gaan zoals het gegaan is met Jezus, een van die miljoenen ontheemden, waar ze maar mee doen. Die ene rechtvaardige uit die miljoenen mensen. Zoon van God wordt Hij genoemd.

Het verrijzenisverhaal gaat vannacht over Jezus, maar niet minder over ons! Dat is aangetoond door Hem die zei: hebt elkander lief zoals ik U heb liefgehad! Mens, je bent een onvervangbaar wezen. Je wint het zelfs van de dood! Rond de verrijzenis van Jezus samenkomen dit uur... is van Hem te horen krijgen: ach, het gaat niet zozeer om Mij. Het gaat er om dat alle gerechtigheid volbracht gaat worden: meer levenskansen voor die tallozen die net als ik aan de rand van het leven terecht zijn gekomen. Zo wordt de dood geen springplank naar duistere diepten van verlorenheid, maar een nieuwe oprit naar het eeuwige leven. Mocht u in de buurt zijn, ga dan eens kijken in Haskerhorne. Daar zie je wat waar is voor Friezen en Drenten, voor Zeeuwen, Amsterdammers en Amstelveners, voor mensen hier en overal vandaan: wie gelooft in het Paasfeest zal over zijn of haar grafsteen het nieuwe leven binnenwandelen!

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam
Pastoor H.Augustinus