OMGAAN MET GASTVRIJHEID

Een jongen van 18 had eindelijk een baantje gevonden. Trots kwam hij met z'n eerste salaris thuis. Na 'n paar maanden begon zijn moeder over kostgeld. De jongen was zeer verontwaardigd. "Dat bed staat er toch al, mijn kamer is er ook al en aan eten gebruik ik niet meer dan 1 euro per dag!" Toen zijn ouders een week met vakantie gingen, liet ze voor haar zoon 7 euro achter. Dat was immers voldoende voor 7 dagen, want hij "at toch niet meer dan voor 1 euro per dag!"

Nu kunnen we om die jongen lachen, maar ik heb het gevoel dat we elkaar vaak onderwaarderen. Dat wat de ander doet zo vanzelfsprekend is. De ander zet koffie, gaat elke dag naar zijn of haar werk, maakt het eten klaar. Na zoveel jaren vinden we het nog normaal ook dat onze kleren gewassen en gestreken in de kast liggen. Vooral als mensen langer met elkaar omgaan, wordt alles wat je voor elkaar doet, zo gewoon - niet meer waar dan 1 euro! Spreken we naast onze waardering voor elkaar, onze waardering voor God wel eens uit? Of vinden we het al zo gewoon dat we van Hem het leven hebben ontvangen? Is dat ook niet meer dan 1 euro waard?

In het verhaal van vandaag schiet Jezus vanmorgen weer eens in de roos. In dit verhaal wordt de "luie Maria" tegenover de "actieve Martha" geplaatst. Eeuwenlang hebben predikanten met dit verhaal geworsteld. Want al vond iedereen dat Maria het beste deel had uitgekozen: er moest toch ook gewerkt worden! Eén predikant heeft daar wat op gevonden. Hij begint zijn uitleg met: "Heer, laat ons Maria zijn", en hij eindigt zijn betoog met: "Heer, laat ons Maria-Martha zijn". En daarmee is blijkbaar het probleem opgelost!

Maar zélf spelen wij een rol in dit verhaal. Het evangelie gaat over mensen bij wie je binnenkomt en die al of geen tijd voor je hebben. Over mensen die rustig hun stofzuiger op de trap laten staan, als je onverwacht op bezoek komt en die dan gezellig bij je komen zitten. De Martha's zullen eerst het werk, waar ze mee bezig zijn, afmaken. Dat hebben ze nu eenmaal in hun hoofd zitten. Natuurlijk, ze zijn best vriendelijk, maar intussen maken ze wel eerst hun werk af en laten jou een groot gedeelte van de tijd alleen in de kamer achter.

Waarmee zou een kind het meest geholpen zijn? Een dure fiets die het van de ouders krijgt of een dure pop, of zou het kind meer hebben aan een moeder of vader die tijd heeft om naar hem of haar te luisteren? Een moeder die tijd heeft voor haar kind en zijn verhalen. Hoe vaak roepen kinderen niet, zittend temidden van een hoop en peperduur speelgoed: "Mam, luister nou even!" Oudere en jongere mensen hebben ook in onze tijd behoefte aan mensen die naar hen luisteren. Daarom is het evangelie een protest tegen de voorrang van het activisme in ons leven. We zijn allemaal van die doeners. We moeten altijd iets om handen hebben. Stil zitten kunnen we nauwelijks.

In de reclamewereld zijn dingen belangrijker geworden dan mensen. Niet de mens krijgt alle aandacht, maar zijn eten, drinken, kleding, ontspanning, reizen. In de politiek raakt de mens verpletterd tussen de kamwielen van productie en investering. Voor de sociale voorzieningen is de mens een nummer geworden voor de computer. Het persoonlijk contact tussen mensen staat onder zware druk. Voor de mens zelf is er nog nauwelijks tijd. Wel is er alle aandacht voor de dingen van de mens.

Ook zijn er mensen die keihard werken, omdat ze anders het gevoel hebben dat zij hun tijd verkwisten. "Verloren tijd" noemen ze dat. Rust en stilte zijn angstaanjagend voor hen. Ze zijn eigenlijk bang om rust in hun leven toe te laten, want échte rust dwingt mensen tot veranderingen. Leven als Martha is jezelf geen rust gunnen, geen tijd nemen voor jezelf en anderen. Martha's gastvrijheid is 'n ontwijkende gastvrijheid. Het luisteren van Maria, die zich aan de voeten van Jezus heeft neergezet, is geen pure luiheid. Zij heeft met haar gastvrijheid ook haar hart voor Jezus open gezet. Bij haar heeft Jezus het eerste woord, niet haar huishouden. Bij haar is Jezus wérkelijk te gast! En Jezus waardeert haar houding. Voor Jezus zijn gastvrijheid en onderlinge waardering een bestaansvoorwaarde voor het Koninkrijk. Hij neemt gastvrijheid hoog op. Hij zegt: "Wie u opneemt, neemt Mij op en Hem die Mij gezonden heeft".

Dat is zijn bevrijdende boodschap voor de miljoenen ontheemden in onze wereld. Miljoenen vluchtelingen. In de eerst lezing (Genesis 18:1-10a) horen we dat Abraham de nomadenwet uitvoert. Hij weet dat wie "in Gods naam" een vreemde opneemt, God zelf opneemt! Overal waar mensen vluchten in smoesjes (de bekende druppel op de gloeiende plaat!) en drukke werkzaamheden, overal waar mensen zich behaaglijk nestelen, daar staan niet alleen mensen, maar ook God zelf in de kou. Elke gastvrijheid is het begin van een nieuwe avontuur van God met de mensen. Het woord is aan de bezoeker. Hij wordt de eigenlijke gastheer. Abraham en Maria liggen aan de voeten van de bezoeker en weten te luisteren. Zo wordt het woord van de bezoeker maatstaf in hun leven. Dat deed Maria en daarom kreeg zij de hoogste lofprijzing: "Zij heeft het beste deel gekozen". En Maria waardeerde dat. En Jezus waardeerde Maria. En Martha? Die was al weer aan het stofzuigen...

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor van de H.Augustinus
Amsterdam-Buitenveldert