SCHATTEN VERGAREN

Elk mens is wel ergens aan verslaafd. En dan bedoel ik niet alleen de verslaving aan alcohol, tabak of drugs. Mensen kunnen overal verslaafd aan raken. En als je die verslaving te lijf wilt gaan, dan is het vaak vechten tegen de Bierkaai. Je kunt zó verslaafd raken aan seks dat je de waardigheid van de ander uit het oog verliest. Je kunt je zó aan je werk en aan je toekomstplannen geven dat huisgenoten er onder te lijden hebben. Je kunt zó verslaafd raken aan de TV dat er 's avonds binnen het gezin nog geen tien woorden gewisseld worden. Eigenlijk kun je óveral aan verslingerd raken: seks, genot, tabak, alcohol, drugs, werk, macht, bezit, geld, aanzien. En telkens weer gaat het er dan om dat je dan dingen in het leven belangrijker gaat vinden dan de mensen om je heen.
Zo verliezen mensen elkaar uit het oog.

Mensen die draaien om zichzelf. Het valt me in het evangelie van vanmorgen op dat er zes keer gesproken wordt over “ik”. Het gaat over een rijk iemand. Wat moet ik doen?
Ik weet het. Ik ga grotere schuren bouwen. Daarin zal ik heel mijn rijkdom opbergen. Dan zal ik tot me zelf zeggen: man rust uit en geniet ervan. Ikke, ikke, ikke, en de rest… vult u zelf maar aan. De evangelist Lucas is zeer geïnteresseerd in de tegenstelling arm-rijk. Al vóór Jezus geboorte laat hij Maria zingen, dat de rijken leeg zullen worden teruggestuurd. Als enige noteert hij dat er arme herders bij de geboorte van Jezus op bezoek komen. Hij geeft daarmee aan dat Jezus zelf afkomstig is uit de onderklasse. Bij de besnijdenis van hun zoon geven Maria en Jozef het vastgestelde tarief voor de armen: een paar duiven. Johannes de Doper laat hij zeggen: als iemand twee hemden heeft, laat hij er dan een aan de armen geven. Maar liefst achttien keer schrijft Lucas over de macht en het gevaar van de rijkdom. Zoals het verhaal dat we vanmorgen hebben gelezen.

Daarin hoorden wij hoe mensen ruzie maken over een erfenis. Een oud maar altijd actueel verhaal. Bij erfenissen leer je de gulzigheid van mensen kennen. Voordat een mens zijn ogen sluit, worden soms de eerste meubelen het huis al uit gedragen. We horen vanmorgen het verhaal van een jonge man die zó hebzuchtig is dat hij weigert om de erfenis met zijn jongere broer te delen. Wat doe je dan in zo’n geval? Dan zoek je een scheidsrechter op, in dit geval een rabbi. Zij komen bij Jezus. Ze verwachten van Hem een uitspraak. Natuurlijk zal Jezus zeggen: doe niet zo flauw, deel die erfenis toch. Maar het verhaal neemt een verrassende wending: Jezus weigert om rechter te spelen en geeft béide jongens er van langs. Hij is op weg naar Jeruzalem en heeft wel wat anders aan zijn hoofd dan 'n erfeniskwestie. Laat het wettig gezag zulke zaken maar regelen! Hij waarschuwt beide jongens niet alleen voor hun mateloze hebzucht. Geen enkel bezit kun je veilig stellen. En Jezus vertelt het verhaal van de man die verslaafd was aan zijn bezit. Grote schuren liet hij bouwen. steeds grotere. Maar op 'n dag is hij gestorven, lag hij zomaar dood in zijn bed. En zoals we allemaal intussen weten: de dood heeft geen zakken! Meenemen kun je niets. Naakt kom je ter wereld, zonder iets ga je er weer af!

Een man, slaaf van het materialisme. Schuren afbreken en grotere bouwen. Schatten opbergen, geld voor jaren vastleggen. Voor later! Welk later? "Dwaas, nog deze nacht komt men je leven opeisen!" En wie denkt dat Jezus het nu over onze buurman heeft, heeft het mis. Allemaal hebben we iets van die mentaliteit van die man uit het verhaal van Jezus. De meesten van ons zijn voortdurend bezig om ons bezit te vergroten. Iedereen wil zo aangenaam mogelijk leven. Is geld dan zo verkeerd? Natuurlijk niet.
Een apotheker heeft zoveel vergif in huis dat hij een halve stad om het leven kan brengen. Is hij daarom zelf vergiftigd? "Dwaas" zijn we alleen als het geld ons hele leven beheerst. Als we alles voor geld doen, zelfs waar het gaat om het leven van onze broeders en zusters. "Dwaas" zijn die mensen voor wie bezit hun laatste zekerheid is.
Je leven kun je alleen maar veilig stellen bij God. Hij is het die leven schenkt, schept en behoudt.

Jezus waarschuwt ons tegen elke vorm van verslaving. Zoek toch niet naar drogredenen, naar vluchtwegen om de strijd uit de weg te gaan. "We hebben het leven in eigen hand", zeggen we, maar 't is dan wel een leven vol bekoringen, en verslavingen. Dat loopt van bekoringen van geld en goed naar bekoringen van het eigen gelijk en het eigen "ikke, ikke, ikke.." en de rest vult u zelf maar in! "Dwaas", je vindt jezelf zo belangrijk.
"Ze kunnen me op dit moment op het werk zo moeilijk missen". Dwaas, nog deze nacht komt men je leven opeisen! In deze wereld van bezit en hebben, strijkt het evangelie tegen alle haren in.

Het boek Prediker gebruikt voor die rijkdom en voor de houding van de rijken een andere term: “ijdelheid””, dat “hebel” (een vleugje wind) betekent. Rijkdom is zo stabiel als de wind, evenals alle bezittingen. Maar niet alleen bezit kan verlammend werken. Ook het bezit van bijvoorbeeld "de waarheid" kan mensen binnen en buiten de kerk tot robots maken. Je kunt zó aan je eigen waarheid blijven hangen, dat je er aan verslaafd raakt. "Dwaas", zegt God, "nog deze nacht komt men je leven opeisen!" Niet geld en goed, geen eigen waarheid, maar Gods liefde is eeuwig. Stel je leven in dienst van de liefde, en leef er naar. "Dan vergaar je geen schatten voor jezelf, maar ben je rijk bij God".

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor van de H.Augustinus
Amsterdam-Buitenveldert