HET LAM EN DE DUIF

In de evangelie lezing van vanmorgen komen er twee dieren voor: de duif en het lam. Allebei geen vechters. Het lam, dat als sinds mensenheugenis door de mens beschermd moet worden tegen andere dieren. Het lam dient de mens zijn leven lang met zijn vacht en laat zich tenslotte door de mens opeten. Dienstbaar tot het einde toe. Het lam is beeld geworden van alle kwetsbaarheid en onschuld. De duif en het lam. Johannes de Doper gebruikt de namen van deze dieren als hij Jezus ziet komen: "Zie het Lam Gods, dat wegneemt de zonde der wereld. Ik heb de Geest als een duif uit de hemel zien neerdalen en bleef op Hem rusten" Het Lam kent in de bijbel een lange traditie. Abraham offert een lam in plaats van zijn zoon Izaak. Het lam neemt de plaats in van de mens als zoenoffer, reinigingsoffer, offer uit dankbaarheid. Het lam neemt alle fouten en gebreken op zich. De Joden aten het Paaslam voordat ze Egypte verlieten.

Johannes de Doper komt vanmorgen tot getuigenis: "Zie daar, het Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld!" Toe maar: álle zonden nog wel? Wil Hij alle zonden op zijn nek nemen? Wil Hij alle tekortkomingen van mensen op zijn schouders wegdragen? Vroeger waren er Koninklijke families die een Prügelknabe in dienst hadden. Dat was een gewoon volkskind, even oud als de prins of het prinsesje, op dezelfde dag en op het zelfde uur geboren. Als de prins of het prinsesje stout was geweest, kreeg het volkskind de verdiende straf. Zo werd er voldoening geschonken aan de roep om gerechtigheid. De fout werd door 'n ander goedgemaakt! Zoiets is in onze tijd onmogelijk. Maar waarom maken we van Jezus dan wel een Prügelknabe? Jezus is geen goddelijke plaatsvervanger, geen zondebok die namens ons de woestijn in wordt gestuurd.

Wat is dan de zonde van de wereld? Het is de zonde die te maken heeft met alle wantrouwen. Volgens Jezus moet deze wereld een aanzet worden voor het nieuwe Rijk van God. In de Liturgie hebben wij in het Agnus Dei, het Lam Gods, van deze zonde meervoud gemaakt. Johannes spreekt over de zonde van de wereld; in de liturgie zingen we over de zonden der wereld. En dat mag best als we maar weten dat die zonden te maken hebben met die éne zonde: dat we er niet voor elkaar willen zijn, zoals God er is voor ons!

Zonde is 't als we alleen maar onze eigen schaapjes op het droge willen hebben; als we macht uitoefenen op school, thuis of op 't werk; als we over de ruggen van anderen zo snel mogelijk rijk willen worden. Zo baart die ene zonde 'n menigte van andere zonden, die voeren naar dood en ondergang. Jezus heeft ons weg willen voeren uit de wereld van de zonde. Hij heeft dat gedaan door de wereld haar werkelijke zin te tonen. Hij heeft dat zelf voorgeleefd: Hij wilde niet de boventoon voeren, noch op de eerste rij plaatsnemen. Hij waste de voeten als een slaaf...

En dan de duif! Ook de duif is een zachtaardig dier. Je ziet hem nooit andere vogels aanvallen. Integendeel, hij laat zich door allerlei vogels verjagen. De duif wacht tot zij ook een kans krijgt. Intussen is ze een gemakkelijke prooi voor de roofvogels. Duiven zijn het beeld geworden van de liefde. Het Hooglied weet er van mee te praten! Verliefden worden gezien als tortelduifjes. De moralisten hebben ons eeuwenlang gewaarschuwd voor de osculum colombinum (de duivenkus). En het is eigenlijk onjuist dat een duif in het Latijn columbus heet. Alsof we indertijd naar de west zijn getrokken met handen vol vrede en een hart vol liefde! Aan 't einde van de zondenvloed kwam een duif terug met een takje in zijn bek.

Jozef en Maria, eenvoudige mensen, hadden geen geld voor het offer, toen zij Jezus kwamen opdragen in de tempel. Het werden twee tortelduiven. We weten nu waarom het duiven waren. De duif en het lam herstellen de band van de mens met God. Zie het Lam Gods: Zie de mensen: als schapen worden ze afgeslacht. Zie de hongerlijders in de Derde Wereld. Zie de kinderen aan wie niets wordt gevraagd. Zie de baanlozen en de opgejaagde werkslaven. Kijk maar goed: ze dragen het beeld van God in zich. Het evangelie vertelt vanmorgen over de zachte krachten van ons bestaan: over een lam en een duif, beelden van de tegenkrachten van alle oorlog en geweld. Zo werd de duif symbool van vrede. En tegenover de duif staat het beeld van de Havik. Psalm 74:19 zegt: "Laat uw tortel niet aan de havik; wil het bestaan van de verdrukten niet voorgoed vergeten". En Jezus zelf waarschuwt ons, als Hij zegt: "Weest omzichtig als slangen en argeloos als duiven."(Matteus 10:16) De duif en het lam, dieren die het best gedijen in rust en vrede.

Naast de duif en het lam wil ik u vanmorgen ook wijzen op een ander kernwoord in de tekst. Het is het woord blijven. Tot tweemaal toe zegt Johannes vanmorgen dat de Geest op hem blééf rusten. Het was niet alleen een neerdalen, en het eventjes begeesteren of zo. Het is iets dat blijft! Dat woord is een favoriet woord van Johannes. Hij gebruikt dat Griekse woord voor blijven (menein) maar liefst veertig keer in zijn evangelie. Daarmee drukt Johannes uit dat het bij God anders is dan bij mensen. Al het menselijke is vergankelijk. Zelfs liefde kan verkeren. Want al is de liefde eeuwig, de partners wisselen elkaar soms af. Maar de goddelijke geest blíjft! Omdat die geest blijft, is God Iemand die je absoluut kunt vertrouwen. Hier is iemand aan het woord die je nooit in de steek zal laten en die dat ook zegt: Mijn naam betekent immers Ik-zal-er-zijn!

In de tekst komt het woord menein (blijven) nog één keer voor. En drie maal recht is scheepsrecht. Twee leerlingen volgen Jezus op zijn woord. Johannes schrijft: "Ze gaan met Hem mee, zien Hem bij Hem thuis en ze blijven bij Hem." Zie het lam Gods! Kijk naar de zachte krachten van het menselijk bestaan. Voor mij is het verhaal van het "Lam Gods" de boodschap dat wij, ondanks de macht van 't als maar toenemend geweld, tóch mogen blijven geloven in de weerloze macht van een kind (en van het kind in jezelf).

Geloven in de zachte krachten in jezelf. Geloven in de zachte krachten die God in elk mensenhart heeft neergelegd. Maar het zijn wél krachten die snel overwoekerd kunnen worden door agressie en geweld, door angst en wantrouwen, door jaloezie en haat. Het kind in ons, het Lam Gods, is het laatste bolwerk dat we in ons leven prijs mogen geven...

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor van de H.Augustinus
Amsterdam-Buitenveldert