ÉÉN GOD IN DRIE PERSONEN

Parochianen, ik weet het zeker: niemand van u heeft de afgelopen week gedacht: "heerlijk, nog drie nachtjes slapen en dan hebben we het feest van de H.Drie-eenheid!" We worden er warm noch koud van! Wat is toch de betekenis van dit feest? De grote feesten van het kerkelijk jaar zijn bijna achter de rug: Kerstmis, Pasen en Pinksteren. Volgende week sluiten we de feesten af met Sacramentsdag. Daarna komen de zondagen door het jaar. Die lopen door tot het feest van Christus Koning eind november. Dan begint de Advent weer. Vandaag, op het feest van de heilige Drie-eenheid trekken Vader, Zoon en heilige Geest gezamenlijk langs. Is dat een feest?

De tweede les van de Oude Catechismus, vraag 17 t/m vraag 22, gaat over de Drie-eenheid. Vraag 22 luidt: "Hoe noemen wij de éne God in drie personen?" Het antwoord: "De éne God in drie Personen noemen wij de Allerheiligste Drie-eenheid of Drievuldigheid". Er staat een 3-tje voor deze vraag. Dat betekent dat je dat antwoord moest kennen in de derde klas van de lagere school. We leerden het stomweg van buiten: "Er is één God, en er zijn drie personen". We begrepen daar natuurlijk niets van, zelfs niet met behulp van de drie lucifers van de kapelaan die er één vlam van kon maken. Het enige dat je nog weet is dat de kapelaan nogal kwaad was, als we per ongeluk zeiden dat er drie goden waren. Het zei ons ook zo weinig. Als er nu eens vijf personen waren geweest, had ons leven er dan totaal anders uitgezien?

Jezus zal zijn leerlingen deze catechismusvraag wel nooit van buiten hebben laten leren. Maar ze hebben wél aan Jezus gemerkt dat er een Vader was in God, want Jezus raakte nooit uitgepraat over zijn vader. Zij hebben ook ondervonden, toen Jezus weg was, dat de Geest van Jezus op een hele bijzondere manier bij hen was. Sinds Jezus mogen we God "Vader" noemen. In het Aramees betekent dat woordje vader Abba. Abba is een kinderwoord. Joodse kinderen riepen Abba als ze verdriet hadden, als ze hulp nodig hadden. Kinderen hebben het woordje Abba gestameld bij vader op schoot. Abba is een kinderwoord, simpel en heel gewoon. Jezus heeft het zelf ook van straat opgepikt. De kinderen riepen het overal. Jezus heeft het Zélf geroepen. Het woord Abba riep in Jezus' tijd een sfeer van vertrouwen op: thuis zijn, erbij horen, de deur staat altijd open, je bent welkom, je kunt binnenkomen zonder kloppen, schuif maar aan, er is genoeg.

Abba vormde ook de kern van Jezus' leven. Zijn hart was er vol van. Zo zouden de mensen met elkaar moeten omgaan. In dat ene woord "Abba" vatte Jezus samen waar Hij op hoopte: mensen die thuisraken bij elkaar, elkaar onvoorwaardelijk vertrouwen, elkaar een nieuwe kans gunnen en elkaar niet afschrijven. Bidden is voor Jezus: Abba-zeggen. In de naam van Abba willen wij met elkaar omgaan als broer en zus, willen we elkaar op¬bouwen, niet afbreken, niet afschrijven. Abba-zeggen is: een broer willen zijn, een zus. Maar dan voor iedereen!
Ook in Jezus' tijd zag men mensen niet staan. Publieke vrouwen werden gemeden als de pest, tollenaars werden veracht en melaatsen buitengesloten. Vrouwen hadden weinig in te brengen, kinderen helemaal niets. Buitenlanders waren niet welkom. Samaritanen bijvoorbeeld ging men zorgvuldig uit de weg. Met andere woorden: een tijd als de onze! Jezus nam daar geen genoegen mee. Hij zei "Abba" bij het leven. Maria Magdalena haalde Hij weer in de kring, evenals Zacheüs, de tollenaar. Melaatsen raakte Hij aan en genas ze. Vrouwen werden volwaardig lid van de kring van leerlingen. Hij genas het kind van een Romeins officier, van een vijand nog wel! Hij sprak bij de bron met een Samaritaanse, een vrouw, een publieke nog wel, en bovendien een gastarbeidster! Zo werd Abba vlees en bloed in het leven van Jezus. Dat Abba gebeuren mag, vlees en bloed mag worden in ons eigen leven. Wie het Onze Vader bidt, drukt daarmee de hoop uit dat Abba werkelijkheid wordt in zijn of haar leven. Jezus kwam niet uitgesproken over zijn Vader.
En wat de Geest betreft: het zou zonder die Geest een dooie boel zijn, want waar vind je leven anders dan bij de Geest die levend maakt? We zouden geen greintje troost vinden bij ons verdriet, als die Geest er niet was. De Geest, van wie Jezus zei dat Hij de Trooster is. Jezus belooft ons een Helper te sturen. Die Geest maakt mensen tot kinderen van God. Hij brengt ons met God in relatie. Als wij leven in de Geest van Jezus, dan hebben wij een goede geest. Rond de heilige Geest cirkelen de zeven woorden die ons leven tot een feest kunnen maken: liefde, trouw, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, zachtheid en ingetogenheid. De Geest van God is de ziel van ons gelovig bestaan.

Als ik mensen doop, doe ik dat in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Als ik de zieken zalf, gebeurt dat in de naam van de Vader, Zoon en heilige Geest. Als ik in deze maanden namens de bisschop, in verschillende parochies van ons dekenaat Amsterdam jongens en meisjes vorm, dan doe ik dat in de Naam van de Drie-eenheid. Als we een kruisteken maken - misschien doet u dat nog bij het opstaan en slapen gaan, of voor en na het eten - dan drukken wij daarmee uit dat we ons leven toevertrouwen aan de Drie-ene God.

We moeten de kinderen de Drie-eenheid niet van buiten laten leren. Als Jezus ons de opdracht geeft om deze wereld meer te maken tot de wereld van God, dan moeten wij Jezus' leermethode gebruiken. Dan moeten wij net als Jezus de liefde van de Vader zichtbaar maken, en de hulp van de Geest tastbaar. Het kruisteken - in de naam van de Vader, Zoon en heilige Geest - geeft aan dat wij ons hele leven willen stellen onder de bescherming van God.

Het feest van de heilige Drie-eenheid moeten we niet aan theologen overlaten. Het feest staat niet ver af van ons eigen leven. Je ontmoet God waar mensen elkaar ernstig nemen en niet afschrijven en werken aan een bewoonbare, dus schone wereld. Waar mensen - gelovig of niet - werken een vrede, gerechtigheid en de heelheid van de schepping, is Gods Geest tastbaar aanwezig. Je weet dat de Geest van God werkzaam is, waar mensen zorgzaam omgaan met elkaar en met deze aarde. Dan ervaar je wat een kracht God is, waar mensen elkaar het leven teruggeven.

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor van de H.Augustinus
Amsterdam-Buitenveldert