EERSTE COMMUNIE

Vanmorgen doen 16 jongens en meisjes hun Eerste Communie. 15 kinderen zitten in groep 4, en Hugo zit al in de brugklas. Zijn broertje Toon zit vandaag ook tussen de eerste communicanten, hij zelf zit in de bank naast zijn moeder en zijn opa en oma. Zij doen vandaag eigenlijk hun tweede communie, want vorige week zondag – op Paasmorgen – hebben zij al hun Eerste Communie gedaan. Vader kon er toen bij zijn. Vader zit nu in Zuid Afrika. Ik heb met hem afgesproken dat hij om tien voor twaalf aan de andere kant van de wereld met ons, en met zijn vrouw en kinderen, het Onze Vader mee bidt.

Natuurlijk heb ik de brugklasser Hugo apart voorbereid. Het laatste voorbereidingsgesprek had ik afgelopen woensdagavond. Toen ik de deur open deed stond hij daar met enkele vrienden en vriendinnen. Hij vroeg of zij eerst in de kerk een kaars mochten opsteken voor Jesper Roelfsma, die bij hen op het Keizer Karelcollege zat. Zoals u weet is die de afgelopen week, op 12-jarige leeftijd, door een afschuwelijk verkeersongeluk om het leven gekomen. De jongeren waren zichtbaar bewogen. Het is ook afschuwelijk om, zeker als kind, zoiets mee te maken. Vorig weekend vierden wij feestelijk de opstanding van Jezus, enkele dagen later sterft een kind langs de weg. Je kunt het niet rijmen. Praten over opstanding en alleluia-geroep. Christus is opgestaan, maar je ziet enkele dagen later hoe een kind wordt geveld door een vrachtwagen.

In de officiële liturgie wordt vanmorgen het verhaal gelezen van de ongelovige Thomas. Vlak na Pasen maken we al kennis met de strijd die in elk mens leeft. Mijn God, waarom laat U dit toe? Waarom wonen leven en dood zo dicht bij elkaar. Begrijpen doe je het niet, maar vanmorgen willen we zijn naam niet vergeten, en voor hem bidden, vooral ook voor zijn ouders en verdere familie.

Intussen gaat het leven verder. Het is vandaag feest: 16 jongens en meisjes doen – na een goede en lange voorbereiding – vanmorgen hun Eerste Communie. Het is feest. En er zijn veel mensen in de kerk. Allemaal mensen die het feest met jullie mee willen vieren. Natuurlijk jullie ouders, broertjes en zusjes, ooms en tantes, neefjes en nichtjes, vriendjes en vriendinnetjes. Maar ook heel veel andere mensen die het belangrijk vinden om vandaag het Eerste Communiefeest met jullie mee te vieren.

En over een feest wil ik jullie een verhaal vertellen. Het gaat over een jongen en een meisje die wilden trouwen. Ze waren erg arm en konden geen bruiloft betalen. Één van hun vrienden kreeg een idee: laten alle gasten een fles wijn meenemen. Dan zetten we aan de ingang van de bruiloftszaal een grote kuip neer. Daar kan iedereen zijn wijn in gieten. Daarna kan iedereen van die wijn drinken. Iedereen vond dat een goed idee! Alle gasten namen een fles wijn mee en gooiden die in het grote vat. Daarna begon het feest. Maar toen de eerste gasten begonnen te drinken, keken ze heel zuur. Ze dronken water!

Wat was er aan de hand? Alle gasten hadden in plaats van wijn 'n fles water mee genomen. Ze dachten: dat is lekker goedkoop en wie merkt het nu dat er een fles water in het grote vat zit? Maar de meeste gasten hadden zo gedacht en daarom liep de bruiloft in het honderd. De bruiloft was verwaterd en de gasten kregen ruzie met elkaar. Ze gaven elkaar de schuld. Het bruidspaar zag hun trouwdag letterlijk in het water vallen. Dat heb je ervan als je niet leert delen. Dat hebben de Eerste Communicanten ook geleerd. Hoe belangrijk het is om, net als Jezus, met elkaar te delen. Ook hebben ze het Onze Vader geleerd. We gaan dat bij de communie ook samen bidden. Ze hebben geluisterd naar verhalen, de kerk van binnen bekeken, de gewaden, en natuurlijk het “geheim”. Dat geheim is alleen voor mensen die hun Eerste Communie doen of hebben gedaan!

We hebben de Eerste Communicanten ook verteld dat Jezus helemaal niet van ruzie hield. Hij vond ieder mens belangrijk. En hij vertelde een verhaal over een schaapje dat weg was. De herder had kunnen denken: "Wat maakt mij dat ene schaapje uit, ik heb er nog 99 over! En bovendien ben ik erg moe!" Maar zo dacht die herder niet. Voor hem was ook dat ene schaapje belangrijk. Ook dat schaapje mocht niet van honger en dorst omkomen. En de mensen begrepen dat Jezus het eigenlijk over mensen had: niemand mag verloren lopen. Iedereen hoort er bij. En als iedereen er is, dan pas kan het feest écht beginnen!

En uit het verhaal dat jullie gehoord hebben - van de 5 broden en de 2 visjes - hebben jullie natuurlijk begrepen dat vrede begint waar grote mensen, en ook de kinderen, met elkaar durven delen. En over dat samen-delen gaat het vandaag. Jezus geeft ons brood, maar zegt wel: delen jullie het maar met elkaar. Als we onze dingen weten te delen, komt er zeker geen ruzie meer. Maar als we in het leven alles voor onszelf willen houden is het hek van de dam! De ervaring leert dat geven je rijker maakt, je krijgt er veel voor terug. Voordat je het weet wel twaalf manden met stukken brood! Iemand die deelt levert niets in, maar krijgt er ontzettend veel voor terug. Dat wil het verhaal van vanmorgen ons leren!

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken H.Augustinus
Amsterdam-Buitenveldert