Veel mensen bezoeken tijdens hun vakantie in het buitenland een kerkje. En steken daar een kaarsje op. Ook mensen die in Nederland zelden of nooit naar de kerk gaan, doen dit. Toen Nederlanders in een wetenschappelijke enquête werd gevraagd welke religieuze handelingen zij verrichten, kwam dit met stip op de eerste plaats. Ver voor ‘Bidden voor het slapen gaan’. Daarna kwam een hele tijd niks en dan pas – met bijna evenveel procent – ‘Kerkbijdrage betalen’ en ‘Op zondag naar de kerk gaan’.
Wat beweegt mensen om in het buitenland een kerk te bezoeken en een kaarsje op te steken? En waarom doen velen die niet thuis, in Nederland? De vraag naar het waarom werd in de enquête niet beantwoord. Misschien gaan de volgende gedachten in de goede richting.
De vakantie is een periode van rust, van weer tot jezelf komen. We hollen het hele jaar aan onszelf voorbij, vaak ook aan onze diepere kern en ons innerlijk verlangen. In de vakantie staan we stil bij de dingen. Genieten we van de mooie dingen om ons heen. Ervaren we weer die verwondering en dankbaarheid waarmee we als kind ooit de wereld gingen ontdekken.
Die verwondering voert ons naar zo’n schilderachtig kerkje en de dankbaarheid vindt haar woordeloze uitdrukking in het branden van een kaarsje.
Toch zijn er ook hier in Amstelveen-Bovenkerk veel mensen die een kaarsje opsteken. Op zondag bij het Mariabeeld in de grote kerk van de H. Geest Parochie, of bij de wand met de kruisjes voor de overledenen. Maar ook door de week, bij het Mariabeeld in de dagkapel. En heel wat mensen schrijven hun gedachten, gevoelens en gebeden in het boek. Uitingen van dankbaarheid, maar ook van pijn en zorg naast beden om steun en kracht.
Er leeft meer in de harten van de mensen – en in ons eigen hart – dan we ons vaak realiseren. De wijze kerkvader Augustinus schreef ooit: ‘God kent ons dieper dan wij ons diepste zelf kennen’. Is dit geen mooie opsteker?
juni 2012
Pastor Jaap van der Meij