St. Augustinuskerk glas-in-lood H.Geest

Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

De titel van de overweging

Bidden om gods geest

Het Evangelie van Johannes gaat vandaag vooral over de hemel. Dat snap ik wel, want op Hemelvaartsdag is Jezus, na zijn afschuwelijk kruistocht, weer thuis bij zijn hemelse Vader. Johannes richt zich alleen op de hemel, en heeft nu nog nauwelijks aandacht voor de aarde, waarin wij nu leven. Ik vraag me weleens af waarom Johannes eigenlijk iets tegen onze wereld heeft.

Johannes beweert zelfs dat Jezus niet voor de wereld bidt. Maar wat is er dan mis aan onze wereld? Wij hebben toch geen andere wereld dan deze, waarin wij leven? Waarom is Johannes alleen hemelgericht? Hoe anders klinken de woorden van Paulus die zegt in zijn brief aan de Efeziërs: ‘Alles heeft God onder zijn voeten gelegd (1:22). Dit betekent toch dat God niet alleen in de hemel is, maar ook aanwezig is op onze aarde.

Ik kan me voorstellen dat u denkt: waarom altijd die tegenstelling tussen hemel en aarde. Alsof God apart zit in Zijn eigen wereldje, de hemel dus, en dat wij met elkaar verkeren in een aards tranendal. Zolang wij hemel en aarde tegenover elkaar uitspelen, zal deze wereld daarom nooit de wereld van God kunnen worden. Veel mensen denken dat dit aardse tranendal eerst moet worden opgeblazen voordat er een nieuwe wereld, de wereld van God, eindelijk gerealiseerd kan worden.

Bij Johannes is de wereld vijandig. Maar daar had Johannes wel zijn redenen voor. In de tijd van de eindredactie van dit vierde Evangelie, zo vlak na Jezus ’hemelvaart, zijn de christenvervolgingen in Rome al begonnen. De wereld was vijandig. Maar was dat het idee van Jezus? Bad Hij daarom niet voor ‘de wereld’? Maar Johannes weet zich, in de afwijzing van de wereld gesteund door een man als Paulus die zegt: ‘Wie aan de aarde hangt, haalt de hemel niet.’ ‘Zint op het hemelse en niet op het aardse’ (Koll.3:1-2). En Jezus lijkt ook in die richting te denken, als Hij zegt: ‘Verzamelt u geen schatten op aarde, waar ze door mot en worm vergaan, maar verzamelt u schatten in de hemel’ (Mt.6:19-20). Mag je van deze wereld dan geen heil en geluk verwachten? Mogen wij pas na onze dood op een betere wereld hopen?

Als je het Evangelie goed leest, dan ontdek je dat Jezus het niet zozeer heeft over twee verschillende werelden, maar over twee manieren van leven. De ene manier is: leven in verbondenheid met de Vader, de andere manier is: leven zonder de Vader, los van God. En los van God, raak je verstrikt in een wereld vol listen, leugen en bedrog. Je zult 'n verschil moeten maken tussen mensen die in de fnuikende structuren van de wereld gevangen zitten - en voor die mensen blijf je bidden - en de onmenselijke structuren zelf.

Hoe kijken we tegen het leven aan? Soms hoor je mensen praten over gehandicapte kinderen. Dan hoor je standaardopmerkingen als: ‘zielige kinderen zijn het eigenlijk! Het zijn handenbindertjes. Wat leggen ze een claim op de ouders en de andere kinderen in het gezin! Eigenlijk zou het beter zijn als zulke kinderen niet geboren waren’. Tot een moeder van een geestelijk en lichamelijk gehandicapt kind tussenbeide kwam en zei: ‘Waar praten jullie eigenlijk over? Ik heb zelf zo'n gehandicapt kind. Een moeder zei me eens: in het begin heb ik een verschrikkelijk tijd meegemaakt. Ik heb er jaren niet van kunnen slapen. Maar ik moet zeggen dat juist dit kind mij geleerd heeft om al mijn gespannen verwachtingen in het weer leven terug te schroeven. Mijn kind heeft mij geleerd het leven te realiseren. Hij heeft mij geleerd wat de hoofdzaken en wat de bijzaken in mijn leven zijn. Hij heeft mij leren kiezen voor dingen die écht de moeite waard zijn. Hij is voor mij geen last, maar mijn kind is voor mij wel een hemel op aarde geworden.

Vandaag is het de zondag tussen Hemelvaart en Pinksteren. Op Hemelvaart zijn we weer teruggestuurd naar de concrete realiteit van iedere dag. ‘Sta daar niet naar de hemel te staren, ga nou maar aan de slag. Ik zend jullie, Ik blijf achter jullie staan, maar jullie moeten het zelf doen, geholpen door mijn Geest’. Zo kunnen we de boodschap van Hemelvaart samenvatten. En dan… dan wordt het even stil. Dan moet je even met elkaar overleggen. Dat doen de leerlingen ook, samen met Maria die er ook is. Ze bidden samen, ze overleggen, ze halen herinneringen op aan wat Jezus in die paar jaar heeft gedaan.

De leerlingen gingen naar de Bovenzaal. Dat is een goed klimaat om openhartig met elkaar te praten wat er met Jezus is gebeurd. Dan vertel je dingen die je niet aan de grote klok hangt. Dat is een intiem gebeuren. Maar je moet dan wel verder. Je kunt niet in die Bovenzaal blijven zitten. Je moet ook naar buiten. Als die apostelen, die leerlingen, niet op een moment naar buiten waren gegaan, dan was die boodschap van Jezus nooit tot ons gekomen. En wat hebben we dan nodig: beweging, spirit, geestkracht, energie, kortom een goede geest, Gods heilige Geest! Maar je moet er dan ook voor gaan, want je krijgt het niet zomaar. Die Geest van God krijg je niet voor niets. Je moet je er wel voor openstellen.

Niet voor niets zitten er tussen Hemelvaart en Pinksteren tien dagen. Tien dagen om té bidden om de goede Geest van God. Tien dagen om naar de Geest te verlangen die het aanschijn van de aarde vernieuwen zal. Wie verlangt naar de Geest van God, wie om haar bidt, die zal haar ontvangen. Ook Jezus bidt om haar komst, zoals we in het evangelie gehoord hebben. Misschien heeft iemand van u ook gehoord dat ik het steeds over ‘haar’ heb, Ja, in de taal van de Bijbel is het woord Geest vaak de vrouwelijke, moederlijke kant van God. Geest heeft te maken met die ongrijpbare aanwezigheid van God.

Voor Jezus is het leven op aarde een geweldige uitdaging. Hij roept ons op om licht op de kandelaar en zout van de aarde te zijn. Als je je zó gedraagt, dan komt in jou de hemel aan 't licht. En deze wereld heeft een geweldige behoefte aan mensen die het ‘zuurdesem’ van deze wereld willen zijn. Mijn akker, mijn land, mijn leven, mijn wereld is de Heer. Hij is mijn hemel en aarde. Jezus heeft zijn vrienden niet willen wegtrekken uit deze wereld, want in deze wereld moet onze roeping worden waargemaakt. Een wereld die zich zal moeten laten leiden door de wetten van de liefde. En voor die liefde is geen berg te hoog, geen ravijn te diep, geen last te zwaar.

Als we het evangelie goed lezen, dan ontdekken we dat Jezus het niet zozeer heeft over twee verschillende werelden, maar over twee verschillende manieren van leven. De ene manier is: leven in verbondenheid met de Vader. De andere manier is: leven zonder de Vader, los van God. En los van God raak je verstrikt in een wereld vol listen, leugen en bedrog. Je zult 'n verschil moeten maken tussen mensen die in de fnuikende structuren van de wereld gevangen zitten - en voor die mensen blijf je bidden - en de onmenselijke structuren zelf. Je kunt bij die structuren denken aan apartheid, geweld, discriminatie, exploitatie, concurrentie, hebzucht en begeerte. Daar zijn we het vrijwel allemaal over eens. Maar als het gaat om het oplossen van die problemen, gaan veel mensen niet de weg van God, maar hebben het vooral over onze eigen goddelijke gang en niet de gang van God.

Ambro Bakker s.m.a.